The screen of this device is too small to show the site.

Please view this site on a device with a width of more than 300px.
a-A


Psalm 5

1. O HERE, wil mijn woorden horen,
laat U mijn zuchten niet ontgaan.
Mijn God, mijn Koning, neem mij aan!
Mijn roep om hulp ga niet verloren,
neig toch uw oren.
2. HEER, zie mij aan, want met mijn klachten
kom ik tot U bij 't morgenlicht
en buig mij voor uw aangezicht.
Ik leg U voor al mijn gedachten,
blijf U verwachten.
3. Gij haat het goddeloos begeren.
Geen drieste dwaas verdraagt het licht,
als Gij op hem uw ogen richt.
Gij laat niet in uw huis verkeren,
wie U onteren.
4. Gij oordeelt wie niet eerlijk spreken
en haat het onrecht dat Gij ziet.
Hij zal vergaan, die bloed vergiet.
De HERE zal de boze breken,
zijn misdaad wreken.
5. Maar ik zal dankbaar binnentreden
het heiligdom aan U gewijd,
dank zij Uw goedertierenheid.
Ik zal met ootmoed mij bekleden
in mijn gebeden.
6. HEER, houd in toom wie mij belagen,
leid mij door uw gerechtigheid.
Maak mij uw heilsweg vlak en wijd.
Doe voor mijn ogen op mijn vragen
verlossing dagen.
7. Men kan hun geen vertrouwen geven,
hun keel is als een open graf,
met vleitaal geven zij zich af.
Hun woord, door valsheid ingegeven,
bedreigt mijn leven.
8. O HEER, verstrik hen in hun netten,
verstoot hen van uw aangezicht,
breng hen ten val door uw gericht.
want zij gaan voort zich te verzetten
tegen uw wetten.
9. Wie bij U schuilt zal zich verblijden
en juichend zullen tot U gaan,
Wie onder uw bescherming staan.
Zij zullen U hun liefde wijden,
Uw naam belijden.
10. Want Gij, o HERE, blijft ons dragen,
Gij zijt rechtvaardigen ten schild.
Gij zegent hen getrouw en mild
en Gij omgeeft hen al hun dagen
met welbehagen.