Loading...
1. | Dit waren de zonen van David, die hem geboren werden in Hebron: de eerstgeborene was Amnon, van Achinoam, de Jizreelitische; de tweede Daniel, van Abigail, de Karmelitische; |
2. | De derde Absalom, de zoon van Maaka, de dochter van Talmai, de koning van Gesur; de vierde Adonia, de zoon van Chaggit; |
3. | De vijfde Sefatja, van Abital; de zesde Jitream, van zijn vrouw Egla. |
4. | Zes werden er hem in Hebron geboren, waar hij zeven jaar en zes maanden regeerde. En drieendertig jaar regeerde hij te Jeruzalem. |
5. | De volgende werden hem in Jeruzalem geboren: Sima, Sobab, Natan en SalomoĆ’ vier van Batsua, de dochter van Ammiel; |
6. | Voorts Jibchar, Elisama, Elifelet, |
7. | Noga, Nefeg, Jafia, |
8. | Elisama, Eljada, Elifelet (negen), |
9. | Allen zonen van David, uitgenomen de zonen der bijvrouwen. Tamar was hun zuster. |
10. | De zoon van Salomo was Rechabeam; diens zoon was Abia, diens zoon Asa, diens zoon Josafat, |
11. | Diens zoon Joram, diens zoon Achazja, diens zoon Joas, |
12. | Diens zoon Amasja, diens zoon Azarja, diens zoon Jotam, |
13. | Diens zoon Achaz, diens zoon Hizkia, diens zoon Manasse, |
14. | Diens zoon Amon, diens zoon Josia. |
15. | De zonen van Josia waren: de eerstgeborene Jochanan, de tweede Jojakim, de derde Sedekia, de vierde Sallum. |
16. | De zonen van Jojakim: zijn zoon Jechonja en zijn zoon Sidkia. |
17. | De zonen van Jechonja waren: Assir en zijn zoon Sealtiel; |
18. | Voorts Malkiram, Pedaja, Senassar, Jekamja, Hosama en Nedabja; |
19. | De zonen van Pedaja: Zerubbabel en Simi; de zonen van Zerubbabel: Mesullam en Chananja (en hun zuster was Selomit), |
20. | Voorts Chasuba, Ohel, Berekja, Chasadja, Jusabchesed, vijf. |
21. | De zonen van Chananja waren: Pelatja en Jesaja; diens zoon was Refaja, diens zoon Arnan, diens zoon Obadja, en diens zoon Sekanja. |
22. | De zonen van Sekanja: Semaja, en de zonen van Semaja: Chattus, Jigal, Bariach, Nearja en Safat, zes; |
23. | De zonen van Nearja: Eljoenai, Chizkia en Azrikam, drie; |
24. | En de zonen van Eljoenai: Hodawjahu, Eljasib, Pelaja, Akkub, Jochanan, Delaja en Anani, zeven. |